Ik hoor het heel erg vaak: “wanneer mijn hond los loopt, zijn andere honden geen probleem, maar wanneer mijn hond aangelijnd is, gaat hij blaffen, grommen, in de lijn hangen, of plat liggen zodra hij een andere hond ziet!”
Laten we hier iets dieper induiken. Deze reactie leidt namelijk vaak tot verwarring bij hondenverzorgers maar valt eigenlijk goed te verklaren. Het heeft namelijk alles te maken met keuzes, controle en de emoties die jouw hond ervaart.
Honden zijn van nature conflict vermijdende dieren. Conflicten kunnen immers leiden tot gevechten, gevechten kunnen leiden tot verwondingen en verwondingen kunnen leiden tot overlijden.
Honden communiceren door middel van kalmerende signalen met hun omgeving. Hiermee laten ze zien dat ze geen conflicten willen en geen bedreiging zijn voor een ander. Dit doen ze heel subtiel, bijvoorbeeld door hun kop af te wenden, een bochtje te lopen, te snuffelen of hun tong naar hun neus te brengen.
Wanneer honden aangelijnd zijn worden ze beperkt qua keuzevrijheid. Dit kan ertoe leiden dat honden zich kwetsbaar en begrensd voelen. Er is geen mogelijkheid om te ontsnappen aan een (voor de hond!) potentieel bedreigende situatie. Dit kan leiden tot activatie van de amygdala. Dit is het hersengebied dat verantwoordelijk is voor het verwerken en aansturen van emoties, met name angst. De amygdala stuurt vervolgens andere hersengebieden aan om over te gaan op vechten, vluchten of bevriezen. Dit is een automatisch proces, een hond kiest hier niet bewust voor. Daarom is het heel erg belangrijk om jouw hond nooit te straffen als hij uitvalt! Hij kan hier namelijk niets aan doen.
Wanneer honden aangelijnd zijn, is er geen mogelijkheid om te vluchten van een bedreigende situatie, ze zitten immers vast. Daarom gaat de hond eerder over op “vechten”, oftewel: uitvallen aan de lijn. De hond probeert op deze manier de spannende prikkel te verjagen, aangezien vluchten niet kan. Je kunt je hond in zo’n situatie helpen door je hond direct mee te nemen uit de situatie en de afstand te vergroten.
Als honden loslopen, hebben ze dus meer keuzevrijheid en daarmee meer mogelijkheden om goede keuzes te maken. Ze voelen zich minder beperkt, hebben meer ruimte om kalmerende signalen in te zetten zoals curven (met een bochtje lopen), kunnen afstand nemen van een situatie of prikkel die ze als spannend ervaren. Dit kalmeert het brein doordat het een gevoel van veiligheid en controle geeft.
Wil ik hiermee zeggen dat je jouw reactieve hond dan maar los moet laten lopen als er andere honden in beeld zijn? Absoluut niet! Later in dit artikel kom ik terug op wat ik wél aanraad om te doen.
Er zijn ook honden die niet perse angst ervaren maar frustratie. Deze honden willen juist héél graag interactie met een andere hond of mens, maar worden hierin beperkt door de lijn. Deze beperking zorgt voor een gevoel van frustratie, wat op termijn kan veranderen in reactief gedrag.
Ik zie dit wel eens bij honden die als pup altijd mochten kennismaken met alles en iedereen tijdens het wandelen, onder het mom van socialiseren. Het is heel belangrijk om een (jonge) hond ook te leren om prikkels te kunnen observeren en negeren.
Ik ben sowieso geen voorstander van aangelijnde ontmoetingen, vooral niet met onbekende honden. Jouw hond hoeft niets met onbekende honden. Het is voor honden ook helemaal geen natuurlijk gedrag en je loopt het risico op een negatieve leerervaring.
Honden zijn wel sociale dieren die behoefte hebben aan contact met soortgenootjes. Kies daarom liever voor een paar vaste vriendjes waar je hond goed mee op kan schieten en een band mee op kan bouwen. Door fijn samen te wandelen of te spelen.
Of er nu sprake is van angst of frustratie, controle en keuzevrijheid zijn erg belangrijke elementen als het gaat om het welzijn van je hond.
Maar hoe kun je jouw hond nu het beste helpen wanneer er sprake is van reactiviteit?
- Inzicht krijgen in de hondentaal zodat je beter leert begrijpen hoe jouw hond zich voelt, welke signalen hij laat zien naar jou en de rest van de omgeving en door hier adequaat op te reageren. Een aanrader is het boekje: “kalmerende signalen” van Turid Rugaas en “Doggie Taal” van Lili Chin.
- Lopen met een langere lijn (bevestigd aan een goed passend Y-tuig). Door een lange lijn van minimaal 3 meter te gebruiken, heeft jouw hond meer ruimte om te communiceren met zijn omgeving, voelt hij zich minder begrensd en heeft hij de mogelijkheden om zichzelf te kalmeren.
- Inzicht krijgen in de afstand die jouw hond nodig heeft ten opzichte van een spannende prikkel. Op deze manier kun je tijdig anticiperen door de afstand te vergroten. Hiermee kun je voorkomen dat jouw hond uitvalt en voelt jouw hond zich veiliger. Hij hoeft niet over te gaan op “vechten” en leert dat “vluchten” ook een optie is.
- Gun je hond en jezelf ook rust: wandel op rustige tijden en locaties. Het liefst in de natuur.
- Oefen met management strategieën zodat je jouw hond kunt helpen in lastige situaties. Denk bijvoorbeeld aan een handtouch of “draai om” op que of de magneethand.
Er is geen one size fits all als het gaat om reactiviteit. Het is belangrijk om te kijken naar de oorzaak en de onderliggende emoties. Een ethische, welzijnsgerichte en modern opgeleide professional kan jou hierbij helpen.
Liefs, Margot